In voorbereiding op een mooie schrijfoefening voor in de workshop ‘Train je Schrijfspieren’ (in het kader van ‘practise what you preach’:-)) rolde dit prozagedicht er bij mij uit:
Ooit op alternatief pad pardoes in een halve maan beland
vol kastanjebomen
Gevoel viel alsof Venus op gedachtegang neerstortte
en er kwamen beelden, en ook dromen
toen lichtgevend groen met witte waas beklede stammen, antiek bijna, waren bevoeld
(die kleur wil ik ook in mijn badkamer, dacht ik nog geheel onbedoeld)
met stekend besef dat deze halve cirkel weleens ritueelgevoelig kon zijn,
dat heksen hier ooit samenkwamen om te dansen,
te eren, te bezweren in het geniep
of dat de witte heksen hier nog altijd zijn,
maar vuursporen waren er niet
Na de dromen kwam mijn alertheid, want stel dat die ene toch
uit onverwachte hoek tevoorschijn zou komen
om mij volgens ritueel gaar te koken? of mij op een bezemsteel zou zetten
en me vervolgens voorgoed zou laten verdwijnen?
Eigenlijk wilde ik toen niets liever.
Ik ging met gevallen kastanjes aan de haal, koesterde deze als relikwieën
Op een fruitschaal kwamen ze, voor een leven tweedegraads
Nu niet meer, ik ben gestopt met deze blasfemieën: òf ze blijven daar
òf ze krijgen een welverdiende ereplaats.
Terug naar de plek van mystiek:
ze gaf adem aan moment,
aardend en vlakkenloos geordend,
vorm bepaalt lyriek
zo verscholen in het geding,
en wars van stenen, ging ik maar door
met het vuur aan de schenen, om zo nu en dan terug te keren
naar heksenkring
by Twicedoubleyou/ Verzetjezinnen
wat een mooi gedicht lieverd gr paps
Dankjewel, paps! Fijn dat je het hebt gelezen..